Westerhelling

« Terug naar Blogpagina

Een ruimer zelf

De eerste astronauten die de aarde vanuit de ruimte zagen, beschreven het vaak als een ontzagwekkende en bijna spirituele ervaring. Het was alsof ze een plotseling besef kregen van de fragiliteit en schoonheid van onze planeet, te midden van de uitgestrektheid van de ruimte. Ze spraken over het gevoel van verbondenheid dat ze ervoeren, niet alleen met de aarde zelf, maar ook met alle levende wezens die erop wonen. Het besef dat de aarde een kwetsbaar ecosysteem is dat moet worden beschermd, werd vaak benadrukt door deze pioniers van de ruimtevaart.

De ervaringen van deze ruimtevaarders zijn duidelijk ¨transcendent¨ te noemen omdat ze de normale, alledaagse beleving van hoe we tegen onszelf en de wereld aankijken overstijgen. In plaats van zichzelf te blijven zien als losstaande individuen ervoeren ze vanuit de ruimte heel sterk dat ze onderdeel waren van een groter geheel.

Ik heb het idee dat we dit besef heel hard nodig hebben in deze tijd van polarisering, millitaire conflicten en klimaatontwrichting. Onbewust wordt meestal verondersteld dat een voordeel voor de ene partij automatisch een nadeel voor de andere partij betekent, dat goed doen voor iemand anders ten koste gaat van jezelf, dat er om een moeizame opoffering gevraagd wordt als we rekening moeten houden met andere mensen of met de natuur. Maar naar mijn idee zou dit allemaal bijna als vanzelf gaan als we een ruimer besef van ¨zelf¨ zouden hebben. Dan zou het belang van een ander worden aangevoeld als (ook) het belang van onszelf. Wat het, zeker in het geval van de ecosystemen van de aarde, ook ìs.

Dat klinkt misschien onhaalbaar idealistisch, toch kennen we dit principe allemaal uit onze eigen omgeving. We vinden het doodnormaal als ouders zichzelf wegcijferen voor hun kinderen. Ouders voelen zich zodanig verbonden met hun kinderen dat dat niet voelt als liefdadigheid. ¨Als mijn kinderen gelukkig zijn, dan ben ik dat ook¨, zeggen ze. En we doen allemaal wel eens iets voor vrienden of familie zonder dat daar iets tegenover hoeft te staan. Hoe meer we ons verbonden voelen met een ander, hoe vanzelfsprekender het is dat we willen dat het de ander goed gaat en hoe meer het geluk van de ander ook ons geluk is.

Zou het niet mogelijk zijn ons gevoel van ¨zelf¨ nog meer te verruimen? Dat we ons niet alleen maar verbonden voelt met ons gezin, onze familie, onze vrienden, onze sportclub, onze stad, ons land, maar met de hele mensheid? En ook met alle andere levensvormen die onze planeet bevolken?

Transcendente ervaringen, zoals die van astronauten, laten zien dat een ruimer gevoel van ¨zelf¨ mogelijk is. Dat soort ervaringen zijn niet op afroep beschikbaar, maar er zijn wel dingen die bevorderlijk kunnen werken. Zelf als burger de ruimte ingaan om de aarde van een afstand te bekijken is nog niet mogelijk en misschien ook niet nodig. Maar je kunt wel de natuur opzoeken, naar de sterren kijken, mediteren, bidden, deelnemen aan een (stilte)retraite, opgaan in extatische dans, of eventueel zelfs psychedelische middelen nemen. Misschien kun je zelf nog meer voorbeelden verzinnen, we mogen zelf uitproberen wat bij ons past. En al zijn de ervaringen die we daarbij opdoen misschien niet allemaal zo overweldigend als die van de eerste astronauten, toch hoop ik dat we daardoor een beetje de woorden van Yuri Gagarin kunnen navoelen: ¨Als je van een afstand naar de aarde kijkt, realiseer je je dat ze te klein is voor conflicten en net groot genoeg voor samenwerking.¨

Thomas Volman